Wandelen door het woud… Soms zijn er mooie paadjes, die je wandeling een moeiteloze ervaring maken. Soms dwaal je af van het pad en beleef je de beste avonturen. In andere gevallen heb je een duidelijk doel voor ogen, maar belemmert het kreupelhout jouw vooruitgang. Door alle schrammen en kleerscheuren lijkt je reis dan bijna eindeloos.
Mijn woud had de laatste tijd van alles wat. Er waren leuke uitstapjes naar Efteling, Elfia en theaterstukken, alsook de onontkoombare valleien vol kreupelhout. De enige constante is dat ik constant op zoek bleef naar manieren om mijn schrijven en het vertellen van verhalen te verfijnen. Want hé, dat is nou eenmaal wat ik doe.
De Zuivering ligt wederom bij proeflezers. Na het nodige herstructureren en het schrijven van wat extra scènes, heb ik een erg goed gevoel bij wat er nu op papier staat. Mijn intentie is om het dit jaar nog bij uitgeverijen aan te bieden. Echter, voor nu ligt Amirah’s verhaal eerst weer even in andermans handen.
Waar heb ik dan aan gewerkt? Wel, ik deed een heel halfslachtige poging om binnen één maand een manuscript van minstens 70.000 woorden af te ronden voor een wedstrijd van Uitgeverij Zilverspoor. Ik zal bekennen, het is niet gelukt. Daarentegen heb ik wel een hoop geleerd over het loslaten van perfectionisme en het schrijven vanuit meerdere perspectieven. Daarnaast heb ik een aardige basis voor mijn volgende grootschalige project: Verholen in Lommer.
Verder… geloof ik niet dat ik hier ooit heb gedeeld dat ik bijdraag aan een recensiedatabase voor Fantasy en Sciencefiction media: The Escape Velocity Collection. Verhalen in al hun vormen nemen we hier onder de loep. Zijn we het altijd eens? Zeker niet! Maar dat geeft anderen mooi de mogelijkheid om een reviewer te kiezen wiens smakenpallet het best bij die van hen past. Waarom zelf op zoek gaan naar wat je moet gaan lezen, spelen, luisteren of kijken?
Afgezien van alle (schrijf)tijd die in dit alles is gaan zitten, deed ik een paar maanden terug mee aan de flash fiction challenge van het Papieren Zwaard. Ook heb ik op genoeg andere manieren in de schrijfzandbak gespeeld. Laagdrempelige, kleine projectjes, zoals het experimenteren met interactieve fictie en het vertalen van Engelse liedjes.
Terug naar het woud. Hoe kom ik ineens op dat specifieke thema? Wel, ik herlas laatst een van de eerste verhalen die ik ooit heb geschreven: De Tocht door het Woud. Een ‘kortverhaal’ van een kleine 500 woorden, dat ik schreef toen ik acht of negen jaar oud was. Inspiratiebronnen? De toen nog nieuw uitgekomen The Fellowship of the Ring en het klassieke meesterwerk De Brief voor de Koning van Tonke Dragt.
Soms vergeten we van hoever we gekomen zijn. Het herlezen van dit inmiddels antieke verhaal van eigen hand was een leerzame openbaring in dat opzicht! Voor zij die nieuwsgierig zijn, hieronder staat het verhaal nu vereeuwigd op het internet. Vergeef de jongere ik voor het inconsequente gebruik van tegenwoordige en verleden tijd, het overtollig gebruik van ‘en toen’-constructies en voor het introduceren van mysteries die nooit meer aan bod komen.
Oh, Tonke, ook mijn excuses voor slecht verhuld plagiaat van een van uw karakters’ namen.
In een oud woud, waar niets over gelogen is van de angstige roddels, worden er takken gekraakt. En niet door de normale wezens, want een klein groepje ridders, waaronder Randastrin met zijn grote schild, Taran met zijn twee mooie zwaarden, Paradan, de beste schutter van het land, Pierewiet en Parewat met hun mooie hoorn en Fandas met gouden haren en een goud harnas. Samen met de schildknapen van Fandas en Taran. Met opdracht van de koning om het woud te verkennen.
“Weet je zeker dat we er goed aan hebben gedaan Qwait en Darwin alleen te laten, Taran?” vraagt Paradan.
“Natuurlijk, dit is een oersaai bos!” zegt Fandas.
“Ik weet niet, Fandas, ik ga toch maar terug om ze te halen,” zegt Taran. En hij deed wat hij had gezegd.
Plotseling klonk er een harde kreet.
Paradan klom vlug in de boom. En vlug genoeg, want er sprong net iets uit de bladeren.
“Bosmannen!” schreeuwde Taran.
Meteen kwamen er allemaal bosmannen. En voordat Taran terug kon keren bij de groep, werd hij aangevallen door twee bosmannen. Randastrin nam er drie onder handen en slachtte de eerste meteen. Fandas hield de kapitein halt.
De schildknaap van Fandas wou net Randastrin te hulp komen tot er een pijn in zijn hand werd geschoten, waardoor hij zijn zwaard liet vallen. Hij keek om en stond er oog in oog met een grote bosman!
Hij voelde dat hij het niet zou overleven, maar opeens viel de bosman neer! En toen zag hij een pijl, een pijl van Paradan was het niet en een bosmanpijl ook niet. Veel tijd voor nadenken had hij niet echter, want meteen werd hij weer aangevallen.
De schildknaap van Taran was nog steeds met zijn eerste bosman bezig.
Maar toen hoorde iedereen gedreun en de grond trilde. En toen gebeurde er een paar dingen tegelijk: de tweede pijl die in het schild kwam van Randastrin was net iets teveel en het schild vloog in stukken. De veroorzaker van het gedreun was door de stenen heen gedrongen en er verscheen een reusachtige trol. En Paradan schoot een bosman in de boom neer en die viel precies op Randastrin en Fandas die was afgeleid door de trol werd helaas dodelijk gestoken door de kapitein en viel dood neer.
Nog voordat de kapitein iets kon doen, werd hij neergeschoten door twee pijlen.
Pierewiet die ondertussen op de schouders van Parawat was geklommen en een rots op liep, blies op zijn hoorn.
Iedereen reageerde anders.
De trol liet met een klap zijn hamer vallen, op het hoofd van de schildknaap van Taran. Er klonk een krak en de trol ging weg.
De bosmannen namen de lijken van Fandas en de schildknaap mee en gingen weg. En Randastrin sloeg het lijk van zich af en schreeuwde: “Lafaards!”
Toen was het even stil. En toen zei Taran: “Laten we even stil zijn voor Qwait, Darwin, Fandas en Tarwin, mijn schildknaap.”
En wat vond je ervan? Moet ik me achter een boom verstoppen? Mogelijk, maar toch kan ik het niet laten een beetje trots te zijn op de 8/9-jarige ik. Dat korte verhaal vól verbeterpunten was een van mijn eerste stappen op het schrijfpad, dus ik zal er altijd dankbaar voor zijn. Misschien dat ik het ooit nog een keer ga herschrijven met de kennis en vaardigheden die ik sindsdien verworven heb. Misschien…
Laat ik mijn meanderende overpeinzingen afsluiten met te zeggen dat ik lang niet de eerste ben die dankbaar gebruik maakt van de mooie settings en beeldspraak die wouden ons bieden. Vandaar een aanbeveling. In Strange Woods is een bijzondere musical podcast (niet-Fantasy) waarin mooi wordt stilgestaan bij thema’s zoals rouw, alsook de nietsontziende macht die de natuur altijd over ons, de mensheid, zal hebben. Zeker de moeite van het luisteren waard.
Tot ziens. En nog een fijne Pride maand iedereen!